Checklist historische informatie

Meestal zal de informatie over de geschiedenis van het erfgoed uit een drietal bronnen gehaald kunnen worden: documentaire bronnen, materiële bronnen (het veldwerk) of mondelinge bronnen (de kennis in de hoofden van de mensen). Zie ook Contactgegevens.

1. Documentaire bronnen

Onderzoek van documentaire bronnen betekent meestal een speurtocht in bibliotheken, archieven, musea, of bij andere organisaties die informatie hebben over het erfgoed. Voor een overzicht van archieven in Vlaanderen kunt u terecht op www.archiefwijzer.be.

Wees wel duidelijk over de oorsprong van de informatie: noteer steeds de bron. Wees kritisch t.o.v. de degelijkheid van de bron.

Meer lezen:
J. ART (ed.), Hoe schrijf ik de geschiedenis van mijn gemeente?, Gent, 1993-1999, 4 dln.
T. LAMBRECHT, Hoe schrijf ik een historisch verantwoord artikel?, *, 2011 - Lees online
Hoera, een jubileum?! Een praktijkwijzer voor verenigingen en hun erfgoed, 4de uitgave, 2013 - Lees online

Voor het waarderen en herbestemmen van het roerend religieus erfgoed in kerkgebouwen zal het hoofdzakelijk nodig zijn om informatie te vinden over de roerende goederen, de nagelvaste interieurelementen en de interieurafwerking van het gebouw. Bronnen over de bouwgeschiedenis kunnen daarover ook nuttige informatie opleveren. Bijvoorbeeld: uit de bouwgeschiedenis blijkt dat een voorwerp vóór een bepaalde datum niet op die locatie aanwezig kan zijn geweest, aangezien dat deel van het gebouw nog niet bestond.

Een checklist:

  • Kaarten, plannen en bouwtekeningen kunnen informatie verstrekken over de veranderingen doorheen de tijd. Doorgaans zijn ze terug te vinden in archieven: die van uw gemeente en/of het Rijksarchief. Bekende kaarten zoals die van Ferraris, Popp en Vandermaelen, de Atlas der Buurtwegen en andere kunnen tegenwoordig ook digitaal op het internet geraadpleegd worden.
    - Geoportaal van het agentschap Onroerend Erfgoed. Kies bovenaan 'lagen' en kies vervolgens de historische kaart.
    - Geopunt Vlaanderen biedt een gelijkaardig aanbod van kaarten.

    Bouwtekeningen zijn vaak digitaal ontsloten via de websites van diverse archiefinstellingen of bibliotheken. Ook in provinciale of gemeentelijke beeldbanken kunnen ze opgenomen zijn. Slechts enkele voorbeelden:
    - www.flandrica.be
    - www.beeldbankwest-vlaanderen.be
  • Foto's (detailfoto's, algemene gezichten, luchtfoto's ...) tonen gedetailleerd de evolutie van een geheel. Ze zijn ook vaak digitaal terug te vinden in de hierboven genoemde gemeentelijke of provinciale beeldbanken. Kijk ook even op de beeldbank van het agentschap Onroerend Erfgoed.
    De lokale bevolking kan ook een belangrijke bron van foto’s zijn. Ter gelegenheid van belangrijke gebeurtenissen zoals huwelijken, dopen of vormsels werden vaak foto’s gemaakt waarop het interieur van de kerk is te zien. Ook bij processies, de inwijding van een nieuw altaar of kapel, of de inhuldiging van een priester kan het interieur vastgelegd zijn op foto. Overweeg om een oproep te doen om die foto’s in te scannen
  • Geschreven documenten
    • Visitatieverslagen, te vinden in de bisschoppelijke archieven.
    • Rekeningen van aankopen, archieven over schenkingen en legaten, dus documenten die de verwerving van bepaalde voorwerpen aan het licht brengen. Zij zijn doorgaans te vinden in het archief van de kerk, dat in veel gevallen in de gemeentelijke en/of Rijksarchieven wordt bewaard.
    • Libri memoriales vormen vaak een bron voor belangrijke historische gebeurtenissen in en rond de kerk. Afhankelijk van de kwaliteit kan daarin ook informatie over de aankleding en inrichting, schenkingen en dergelijke terug te vinden zijn. Soms worden die boeken gebruikt als bron door heem- of geschiedkundige kringen en werden ze in hun publicaties al getranscribeerd of samengevat.
    • Rekeningen of verslagen van onderhoud, restauraties en herstellingen aan het erfgoed of gegevens over schade. Die gegevens kunnen belangrijk zijn bij het waarderen, bijvoorbeeld iets zeggen over de authenticiteit.
    • Als uw kerk een beschermd monument is, kunt u daarover ook een recenter archief raadplegen bij de afdeling in uw provincie van het agentschap Onroerend Erfgoed.
    • Vanaf 1835 was in België de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen actief, vandaag de Vlaamse Commissie Onroerend Erfgoed. In die archieven, die voor Vlaanderen door het agentschap Onroerend Erfgoed bewaard worden, bevinden zich uitgebreide dossiers en plannen over individuele gebouwen, zoals kerken, stadhuizen, openbare gebouwen, enz., die ook nu nog actief gebruikt worden.
  • Schetsen, tekeningen en andere artistieke expressies waarop het erfgoed is afgebeeld zijn uiteraard niet altijd waarheidsgetrouw, maar ze geven aan of er esthetische waardering voor een bepaald element bestond of dat het tot artistieke inspiratie heeft geleid.
  • Literaire bronnen, verslagen van ooggetuigen of dagboeken leveren soms relevante gegevens op voor de reconstructie van de geschiedenis of voor de waardering.
  • De bouwgeschiedenis van de kerk is meestal opgenomen in de Inventaris van het Bouwkundig Erfgoed van het agentschap Onroerend Erfgoed. U kan de inventaris online consulteren en naar 'erfgoedobjecten' zoeken.
  • Oude en nieuwe inventarissen, al dan niet uitgegeven. In het archief van uw provincie en bij uw bisdom.
  • 'Fotorepertorium van het meubilair van de Belgische bedehuizen'. Deze publicaties (de zogenaamde 'groene boekjes') zijn ingedeeld per kanton. Na een korte beschrijving van het gebouw volgt een beknopte identificatie van kunstvoorwerpen of interieurelementen. Daarbij wordt ook een negatiefnummer vermeld, dat toelaat de foto en informatie over het object zelf terug te vinden. De foto’s zijn online raadpleegbaar.
  • Lokale publicaties van heemkundige kringen, historische genootschappen of lokale (amateur)historici. Voor veel kerken is er een geschiedenis van de parochie, van de kerk of van het dorp en/of de wijk beschikbaar. Lokale publicaties worden vaak verzameld in gemeentelijke bibliotheken of archieven; doe ook navraag of de bibliotheek van uw provincie dergelijke bronnen verzamelt voor haar grondgebied, zie bijvoorbeeld Provinciale bibliotheek Oost-Vlaanderen.
  • Toeristische publicaties (recente en oudere), ook al leveren ze meestal geen nieuwe informatie over de geschiedenis op, ze geven iets prijs van de publieke interesse en waardering voor dit erfgoed.
  • Bestaande studies
    • Onderzoeksrapporten over de bewaringstoestand of de (bouw)geschiedenis
    • Rapporten over de conditie en bewaringstoestand, bijvoorbeeld door Monumentenwacht (zowel bouwkundig als interieur)
    • Thesissen uit de studierichtingen (kunst)geschiedenis, architectuur of monumentenzorg
    • Thematische studies over kerkgebouwen of kerkelijke voorwerpen in een bepaalde regio, uit een specifieke periode of van een bepaalde architect/ontwerper kunnen belangrijk zijn om een waardering van uw specifieke erfgoed op te maken, door na te gaan hoe uniek of juist veel voorkomend het erfgoed is. U kunt daarvoor terecht bij het Centrum voor Religieuze Kunst en Cultuur (CRKC).

2. Mondelinge bronnen

Mondelinge kennis achterhalen helpt u om gegevens over de geschiedenis vast te leggen die nog niet op papier staan. Meestal belichten deze bronnen ook de betekenis en waardering van het erfgoed, zoals de historische en sociale waarden.

Lokale betrokkenen, omwonenden of mensen met historische banden met het erfgoed kunnen belangrijke gegevens kennen. Een lokale heemkundige kring of lokaal historisch genootschap is vaak een goed startpunt om personen te vinden en/of hun kennis vast te leggen. Ook erfgoedcellen hebben doorgaans ervaring met de methode van mondelinge geschiedenis.

Een goede beschrijving van wat mondelinge geschiedenis vind je op de website van FARO.

De studie van deze mondelinge bronnen kan omvatten:

  • Gesprekken hebben met en interviews afnemen van personen op een gestructureerde wijze, om een beeld van het verleden te krijgen in hun eigen woorden
  • Workshops organiseren met bepaalde gemeenschappen, zoals broederschappen …

3. Materiële bronnen bij het veldwerk

Het veldwerk valt gedeeltelijk samen met het opstellen van een inventaris ter plaatse (zie STAP 2. Inventaris).
Afwijkend van de courante inventarisatie moet er bij het veldwerk bijzonder gelet worden op de samenhang tussen de objecten, de plaats van bepaalde objecten en elementen (arrangementen). Maak foto’s, tekeningen en/of video-opnames waarbij het geheel en zijn samenhang vastgelegd worden.
Voor bepaalde gevallen zal een meer uitgebreid onderzoek en karakterisering van het erfgoed nodig zijn, met een beschrijving van hoe de elementen bijdragen aan de ontwikkeling van het geheel.
Meestal gebeurt dat na het onderzoek van documentaire bronnen en wordt er actief op zoek gegaan naar fysiek bewijs van kenmerken en karakteristieken uit bepaalde bronnen.

Bepaalde elementen die het erfgoed kenmerken, zoals inscripties, dateringen, opschriften, signatuur, enz., helpen bij het onderzoek naar de fysieke kenmerken van het voorwerp. Wapenschilden of andere heraldische verwijzingen kunnen refereren aan een adellijke familie of kerkelijke dignitaris die een sterke band had met het kerkgebouw. Ga ook op zoek naar eventuele overgebleven familiearchieven die daarover meer informatie kunnen opleveren.

Broederschappen hadden soms ook een belangrijke impact op de inrichting en aankleding van het kerkgebouw; misschien zijn er in hun archieven ook aanwijzingen te vinden.

De materiële bronnen zijn meestal de meest accurate bronnen voor de bouwgeschiedenis, waarbij een chronologische volgorde te reconstrueren is. Verder veldwerk door specialisten kan volgende onderzoeken omvatten:

  • Bouwhistorisch onderzoek in situ
  • Archeologisch onderzoek
  • Historisch landschapsonderzoek
  • Kleuronderzoek
  • Dateringsonderzoek na bemonstering (zoals dendrochronologie)
  • Opmetingen en gedetailleerde fotografische registraties van het erfgoed
  • Een belangrijk onderdeel is een conditierapportage: een voorwerp dat in een uitzonderlijk goede conditie is, kan daarvoor bijvoorbeeld waardevoller zijn (de materiële integriteit). U kunt daarvoor een beroep doen op Monumentenwacht, die na een inspectie ter plaatse een rapport opmaakt met de toestandsrapportage over de interieurelementen.